woensdag 19 augustus 2015

Museum om de hoek



Zomaar opeens hebben ze in een dorp verderop een gloednieuw museum gebouwd: het Museum voor Modern Realisme. 
Tot nu toe moesten we het doen met het speelgoedmuseum dat huist in een smal, scheef pand in de historische binnenstad. Daar staan oude poppenhuizen, treintjes en buitenspeelgoed opgesteld. 
Erg leuk om met kinderen te bezoeken. Vol verbazing en onbegrip bekijken ze het houten speelgoed uit een tijd waarin iPad- en computerspelletjes nog niet bestonden.

Voor het nieuwe museum is, achter een oude gevel, een gloednieuw gebouw neergezet. 
We rijden er op een zonnige dag in een kwartiertje heen. De kaartjes hebben we binnen vijf minuten gescoord en al gauw lopen we door de prachtige lichte museumzalen. 
Toorop, Mankes, Willink en vele anderen wisselen elkaar af. Overzichtelijk gerangschikt in zeven zalen.

Zachte stemmen mompelen beschaafd commentaar, een suppoost drentelt waakzaam rond en twee mannen in pak hebben vooral oog voor de beveiliging van de schilderijen. Hier staan geen rijen dik voor de schilderijen, je staat gewoon in je uppie recht voor het doek. Mocht daar toevallig al iemand staan of stuit je per ongeluk op een groepsrondleiding, dan neem je even een andere route. Zo simpel gaat het hier.

Carel Willink vind ik wat somber, maar wel mooi met die dikke dreigende donderwolken.
Jan Mankes ‘Bomenrij’ en ‘Uil op scherm’ zijn schitterend fijnschilderwerk. Ik kende zijn naam niet eens. Daar heb ik wat aan gemist al die jaren. Ik bekijk alles van van dichtbij, aandachtig de dunne streekjes bewonderend.
Charley Toorop’s ‘Bloeiende boom’ vind ik overdadig mooi. Daarom staat hij hier boven dit blogje.

Dat is het leuke aan deze kunst: iedereen kan snappen wat het voorstelt en wat je ervan vindt is aan jou.
Zo nu en dan zak ik neer op een zachte brede bank om een groot werk rustig op afstand te bekijken. Sommigen zijn zo groot dat je dichtbij het geheel niet ziet en anderen zo klein dat je veraf het detail niet ziet.

Na de benedenverdieping gaan we gewoon lekker koffie drinken en een broodje eten. 
Het terras voor het museum ligt aan de rumoerige Hoofdstraat, zodat we gelijk van alle verheven cultuur terug tuimelen in de tegenwoordige tijd.
In korte broeken gehulde toeristen op de fiets ontkomen al slingerend ternauwernood aan de langs denderende vrachtauto’s. Het leven van alledag is bepaald geen verstilde museumzaal, al is de donkere onweerslucht die we aan zien komen wel behoorlijk Willink-achtig.

De glazen lift voert ons daarna naar de bovenverdieping waar de laatste drie zalen zijn. De klimaatregeling en de rust van het museum doen na de hitte en de herrie van het terras weldadig aan.
Tevreden kuieren we door de laatste zalen.
De wonderlijke witte sculpturen van kinderen spreken mij daar minder aan, maar goed, ik hoef niet alles mooi te vinden.
We gaan, want voor vandaag is het genoeg. 
Maar dit museum ‘om de hoek’ voel al een beetje als ‘mijn’ museum.

Buiten vallen bij een temperatuur van 35 graden de eerste dikke druppels uit de dreigende Willink-lucht. 
Gisteren zou ik deze slotzin niet hebben gebruikt.




Geen opmerkingen:

Een reactie posten