dinsdag 19 maart 2013

Foto's kijken


Twee grijze hoofden buigen zich over een foto.

Ze glimlachen eensgezind. Ach ja, die weg!

Even zijn ze terug in hun tropische jeugd. Ze hebben zojuist een grote hoeveelheid losse foto’s verdeeld. Gesorteerd vanuit een grote plastik teil.
‘Weet jij nog waar dit was?’
‘Hoe oud waren we daar?’
‘Dit kan niet in Seria zijn, maar waar was het dan wel?’
Zo roepen de foto’s allerlei vragen op, maar er is niemand meer aan wie ze het kunnen vragen.

Op de foto die ze nu bekijken lopen drie kleine meisjes op een kale  zandweg.
De kleinste, met een hel blond kopje, zit in een wandelwagentje en de twee anderen lopen. Eén duwt het karretje en de ander loopt ernaast.
Ze hebben hun badpakjes aan, het oudste meisje een rood en het andere een blauw en het badpakje van het kleintje lijkt oranje te zijn.
Ze zijn duidelijk op weg naar een nog niet zichtbaar strand, of komen ze er misschien al vandaan? Ze weten het niet meer.

‘Weet je nog hoe lang en heet die weg naar het  strand was? En hoe zwaar die wandelwagen was om te duwen?’
‘Welnee, het was maar een piepklein stukje! En duwen deed Mamma altijd. Alleen voor de foto stond ik erachter.’
Tja, zij is de oudste, dus zij zal zich alles wel het best herinneren.

Andere foto’s van tropische jaren gaan door hun handen. De prachtige tuin met de bloeiende bougainville. En een bijna Renoir-achtige theescène, compleet met theemuts, dienblad en fraaie kopjes in een lommerrijke tuin.
Op de achtergrond zie je de hoge schommel staan.
Daar is de foto van hun Chinese keukenhulp Afong. Later, bij een bezoek aan Hong Kong kregen ze Chinese poppen en één werd naar haar vernoemd.
Die Afong zit nog steeds boven in de kast, maar haar broek is kwijt en haar neus is beschadigd. Wat wil je na 60 jaar.
De één weet nog dat Afong de slang ving, die uit de bamboe-rolgordijnen tevoorschijn kwam en de tuin invluchtte.
De ander kijkt stomverbaasd: ‘Er zat toch een schorpioen in de badkamer die ze doodde?’
Ja, dat ook. Ze moesten vanwege de schorpioenen 's avonds ook altijd hun bed eerst terugslaan en controleren voor ze erin stapten. Dat weten ze allebei nog wel heel zeker.

Er zijn koddige foto’s van Sinterklaas en Koninginnedag onder de tropenzon.
‘Ik weet nog dat we in de ‘J’ van ‘Juliana’ moesten gaan staan met oranje mutsen op en een lange rood-wit-blauwe vlag in de hand.’
‘Nee toch? Wat een nutteloze gekkigheid. Wie kon nou zien dat het een ‘J’ was?’

Als je de foto’s van Sint en Piet ziet, krijg je alsnog medelijden met hen.
Kinderen en ouders zijn in mouwloze tropenkleding en Sint zit daar in een lange tabberd met aangeplakte baard en mijter op zijn hoofd. Piet, roetzwart geschminkt, staat in de schaduw voorzichtig zijn gezicht droog te deppen.
Ze moeten handen en cadeautjes geven aan ‘kniksjes’ makende meisjes en buigende jongetjes.
Een ‘kniks’ is even licht door je knieën gaan en je rok opzij houden, terwijl je je hoofd buigt en soms ook nog een hand geeft.
Het maken van zo’n ‘kniks’ werd op school aangeleerd.
De foto’s roepen herinneringen op aan een Engelse school, een tropisch leven, kattenkwaad en spelletjes die allang vergeten zijn.

Maar wat zijn ze het over veel oneens.
Veel herinneringen blijken net als de foto’s te zijn verkleurd.
Soms kijken ze elkaar aan en vragen zich af of ze het over dezelfde jeugd hebben.
Dan buigen ze zich weer over de foto’s en glimlachen eensgezind.



1 opmerking: