dinsdag 17 december 2013

Quilt


In onze huiskamer hangt sinds een paar weken deze prachtige quilt. 
Hij is nog niet af, de veiligheidsspelden zitten nog langs de randen en lang niet alle lijnen zijn doorgequilt.
Begin januari moet ik er weer afscheid van nemen, dan wordt hij afgewerkt.

Ik zag hem voor het eerst op een quilt-tentoonstelling en bleef gefascineerd kijken naar de mooie lijnen en de warme kleuren. 
‘Die quilt wil ik maken’, dacht ik en berekende de moeilijkheidsgraad. 
‘Kan ik u ergens mee helpen?’
Mijn ogen scheurden zich los van de bewonderde quilt en keken de man achter de kraam aan. Ik vreesde inmiddels dat dit mijn technische vaardigheden ver te boven zou gaan.

‘Hij is erg mooi.’ 
Misschien had ik mezelf nog kunnen stoppen als ik op dat moment was doorgelopen. Maar ik bleef staan, mijn voeten leken niet verder te willen.
‘Ik wil hem graag maken, maar ik denk niet dat ik dit kan.’
‘Het patroon is heel duidelijk, maar hij is zeker niet gemakkelijk.’ 
Ik knikte zwijgend en schattend, ik vond hem zo mooi. Toen zwichtte ik en kocht toch het patroon van deze prachtige, ingewikkelde kerstquilt.

Thuisgekomen vouw ik blij het patroon open, zoek alvast wat lapjes en probeer tevergeefs te bedenken waar ik moet beginnen.
Mijn echtgenoot komt thuis uit de sportschool. Hij heeft weinig verstand van quilten, maar heeft het ontstaan van mijn andere quilts wel meegemaakt. Hij bekijkt mijn aankopen en zegt dat resoluut: ‘Als je mij een plezier wilt doen, dan begin je hier niet aan.’ Daar is geen woord Frans bij.

Ontnuchterd moet ik hem gelijk geven. 
Door mijn enthousiasme meegesleept heb ik mijn vaardigheden schromelijk overschat. 
Wat nu? Gelukkig is mijn vriendin Joke lid is van een quilt-club, haar zal ik vragen of zij het patroon wil hebben. Op de quiltclub is vast wel iemand die vaardig genoeg is om deze quilt te maken. Zo verdwijnt de droomquilt uit mijn gezichtsveld. 

Op een keer vertelt Joke dat ze aan de kerstquilt begonnen is. 
Ik had geen idee dat ze hem zelf wilde maken en ben blij dat het mooie patroon zo goed terecht is gekomen. 
Zij kan prachtig quilten en geregeld praten we over hoe het gaat, welke kleuren en stoffen ze gebruikt en of het vordert. 
De bovenkant zit vrij snel in elkaar, maar dan begint het grootste werk: alles handmatig, met hele kleine steekjes, langs de zwarte lijnen doorquilten.
Als we elkaar tegenkomen laat ze veelzeggend haar stuk geprikte vingertoppen zien. Het kerstkleed is prachtig, maar het maken is monnikenwerk.
Dan moet zelfs zij capituleren: ’Hij komt niet af voor kerst, het is teveel werk.’ 

Kort voor Kerst komt ze met een groot pak onder haar arm aanlopen.
Ze rolt lagen plastic en vloeipapier los en in het grauwe licht van de regenachtige zondagmorgen ligt opeens, met de veiligheidsspelden nog langs de randen, mijn droomquilt te stralen. 
Mijn ogen dwalen over het prachtige werkstuk.
‘Hij is schitterend, dit zou ik nooit gekund hebben. Wat heb je alles prachtig gedaan!’
‘Hij mag tot na Kerst bij jou hangen en dan moet ik hem terughebben om af te maken.’

Ik staar haar verbijsterd aan. 
‘Ik? Bij mij thuis ophangen?’
‘Ja, hij was van meet af aan voor jou bedoeld.’
Tranen springen in mijn ogen en ik weet niets te zeggen, wie heeft er zo’n vriendin die maandenlang uren per dag bezig is, gewoon om jou heel blij te maken?
Sprakeloos geef ik haar langdurig een stevige knuffel.




1 opmerking:

  1. Prachtige quilt + Prachtige vriendin = Tranen in de ogen! Een mooie en bijzonder waardevolle optelling die de som der delen overtijgt! Mooie blog. [MR]

    BeantwoordenVerwijderen