woensdag 29 mei 2013

Cupcakes


Een kleine donkere krullenbol stuitert door het supermarktje. Haar vader slentert achter haar aan. Ze ziet hier wat moois en daar wat lekkers.
‘Wat voor lekkers zullen we kopen? Opa en Oma komen straks.’
Op kniehoogte wriemelt het meisje voor hem langs. Ze bekijkt de schappen en keurt de pakjes op zoek naar het antwoord.

Opeens ziet ze wat verderop iets liggen dat haar heerlijk lijkt: ‘Cupcakes, pappa, cupcakes! Laten we cupcakes maken!’ 
Ze holt voorbij het vak waar de gewone koeken en cakejes liggen tot waar ze de felgekleurde cupcake-versieringen ziet staan. 
‘Kijk pappa, hier!’ roept ze.

Haar vader kijkt zijn ogen uit. 
Er komt behoorlijk wat bij kijken voor je zo’n schattig versierd, waarschijnlijk oneetbaar zoet, cakeje hebt. Marsepein in dikke felgekleurde blokken, tubes fluorescerend glazuur, kokertjes vol glitter en chocoladeballetjes.

‘Zo moet je Opa en Oma blij kunnen maken!’, denkt hij met een grijns en hij zwicht voor de stralende blik uit de donkere ogen. 
‘Ja, ja! Cupcakes maken! Voor Opa en Oma!’
Ze kopen een pak kale cakejes en heel veel spulletjes om mee te versieren, want kiezen is erg moeilijk voor de enthousiaste driejarige.

Even later worden Opa en Oma met gejuich in het vakantiehuisje binnengehaald. 
Er wordt vlug even geknuffeld en dan: ‘Kom Opa, Oma, we gaan cupcakes maken.’
Op tafel verschijnen alle aangeschafte attributen.
Wat kun je er eigenlijk allemaal mee?

‘Het is net klei.’ Haar grote broer prikt met zijn vinger in de marsepein. 
‘Kijk, zo kun je en hoofdje maken.’ Hij rolt geroutineerd een rood mini-hoofdje waar vervolgens een cape onder komt. 
‘Hé, zo lijkt het Spiderman wel.’  zegt hij, zelf verwonderd over het snelle resultaat. 

Ziezo, zijn eerste cakeje is klaar. Wat komt er op het volgende cakeje?
Ze bestuderen samen de verpakking waar wat voorbeelden op staan. 
‘Pappa, kun jij zo’n muis maken?’
Pappa doet z’n best en even later zet hij een groene muis op het roze gras van fondant. Twee chocoladeballetjes erbij en het muisje kijkt pienter de kamer in.
Dan volgt een poes op het volgende cakeje. Maar die is topzwaar en zakt scheef weg in de groenige glazuurblubber. Hij moet snel worden opgegeten. 

Nu moet er een cakeje komen met versieringen uit alle pakjes erop. Dat wordt een volle boel met bolletjes marsepein in roze, geel en wit, chocolade balletjes, veel glitters en blauwe glazuur. Het druipt er aan alle kanten af, maar mooi is het wel.
Ze overleggen en versieren. Wij geven advies, dat zelden wordt opgevolgd. 
Wat grote mensen mooi vinden is lang niet zo mooi als wat zij mooi vinden.

Bij de volwassenen is het animo om de cakejes te eten gering. 
Ze zien eruit alsof je tanden er spontaan bij uit je mond zullen vallen. 
Bij de kinderen is het animo om ze te eten ook niet groot, want zij vinden ze veel te mooi om op te eten.
Dus drinken we allemaal tevreden onze koffie en chocomel en kletsen een beetje.  

Het is vakantie op de Veluwe en de cupcakes zijn vooral prachtig om te zien.



1 opmerking:

  1. ...vooral die poes in de groenige glazuurblubber lijkt mij bijzonder :-) en inderdaad beter om naar te kijken dan te eten :-) (MR)

    BeantwoordenVerwijderen