woensdag 4 september 2013

Het gevoel van een boek


De koffers staan gepakt en we zijn klaar voor vertrek. 
Tevreden kijk ik naar de twee bescheiden koffertjes, ze zijn kleiner en lichter dan in voorgaande jaren. Vijftien kilo lichter om precies te zijn. 
Ik ben blij dat de stap genomen is. 

Dit jaar heb ik niet eindeloos hoeven wikken en wegen welke topjes, jurkjes of broeken de koffer uit moesten om plaats te maken voor nog een boek.
Ik heb geen kaft van een ingebonden boek gesloopt om het minder te laten wegen en ik heb geen goedkope tweedehands paperbacks aangeschaft. Nee, dit jaar kan alles mee en we zitten nog lang niet aan ons maximum Transavia-gewicht.

Tevreden probeer ik te bedenken wat ik allemaal te lezen bij me heb, maar ik weet het niet eens precies. Want vlak voor de vakantie heb ik een e-reader gekocht. 
‘Al is het maar voor de vakantie,’ was het argument. 
Nu ben ik dankzij een levendige uitruil in het bezit van zo’n tachtig e-books.

Van Baantjer tot Anna Enquist en van Eline Vere tot Jo Speedboot. 
Van het wonderlijke hiernamaals dat Vestdijk beschrijft in ‘De kelner en de levenden’ tot Paul Young’s bizarre ontmoetingen in zijn boek over de eeuwigheid.
De idyllische werelden van Meave Binchy en Lynn Austen voelen zich helemaal thuis naast de harde realiteit van de journalist Bram Vermeulen. 
Een selectie maken is niet meer nodig, alles gaat fluitend mee in mijn handbagage.

Het begon allemaal toen ik onlangs een gesprek over e-readers volgde. 
Het was nog nooit in me opgekomen zo’n ding aan te schaffen. 
Maar toch wist ik zeker dat het helemaal niets voor mij was, want een mooi ingebonden boek voelt zo prettig in je hand.
Bovendien vind ik op mijn gemakje teruglezen, wie die man met die rare naam ook alweer is of stiekem op de laatste bladzijde kijken wie het gedaan heeft of hoe het afloopt, erg leuk. 
En dat zou ik allemaal moeten missen met een e-book.

Een echte boekliefhebber in de kamer beweerde vol overtuiging, dat hij het speciale gevoel van een boek in zijn hand zou missen. 
Hij zei: ‘Ik vind dit niks. Je voelt het kaft niet meer, je ruikt de drukinkt en het stof niet meer. Nee, ik schaf er echt geen aan.’
Ik ben het helemaal met hem eens. 

Maar het gewicht van de vakantiekoffers gaat ons steeds meer parten spelen. Het maximale Transavia-gewicht wordt ons veel te zwaar.
Dus besluiten we er toch maar één aan te schaffen en het zelf uit te proberen. 
Al snel blijken de voordelen ver op te wegen tegen de nadelen.

Kleine letters zijn met één druk op de knop een paar punt groter te maken, een uitkomst. Opzoeken waar ik gebleven ben doet mijn readertje nu voor mij, terugbladeren blijkt een handigheidje, dat je snel onder de knie hebt en op de laatste bladzijde kijken ach, dat is toch eigenlijk een heel gênante gewoonte.

Als een boek me niet bevalt, is het een kwestie van een paar klikjes en ik kan van mijn digitale boekenplanken iets nieuws uitkiezen.
Wachttijden vliegen voorbij en het doet er niet toe of mijn boek groot of klein, dik of dun is: ik kan overal verder lezen, want dit ding past altijd nog wel in mijn tas. 

Sinds de vakantie is het gevoel van een boek in mijn hand vooral het gewicht dat niet meer meegesleept hoeft te worden. 







3 opmerkingen:

  1. Ik spaar er eentje op! Lijkt me ideaal!

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Ik zweer inmiddels ook bij digitale boeken :-) al is af en toe een papieren versie ook nog wel lekker hoor! De zin 'Het maximale Transavia-gewicht wordt ons veel te zwaar.' vind ik overigens briljant gevonden! (MR)

    BeantwoordenVerwijderen